Wetsvoorstel verhoogt studentencontingent naar 650 uren per jaar
De nieuwe federale regeling heeft aangekondigd een permanente verhoging van de begrenzing van studentenarbeid in het arbeidsrecht en de sociale zekerheid tot maximaal 650 uren te willen invoeren. Om dit te realiseren, is er nieuwe wetgeving nodig. Bij gebrek hieraan vallen we namelijk terug op het oude contingent van 475 uren. De verhoging in 2023 en 2024 naar maximaal 600 uren per jaar was immers maar tijdelijk.
In de Kamer is hiertoe eind februari 2025 een wetsvoorstel ingediend dat voorziet in de nodige aanpassingen, die retroactief vanaf 1 januari 2025 in werking zouden treden.
Gezien het gaat om ontwerpteksten, zijn amendementen nog steeds mogelijk. Onderstaande geldt dan ook onder voorbehoud van publicatie in het Belgisch Staatsblad.
1. Verhoging studentencontingent
In beginsel is het loon van een student onderworpen aan sociale zekerheidsbijdragen en dient er bedrijfsvoorheffing op ingehouden te worden. Onder bepaalde voorwaarden ben je als werkgever echter geen bedrijfsvoorheffing verschuldigd en moet je een solidariteitsbijdrage betalen in de plaats van de gewone socialezekerheidsbijdragen. Deze solidariteitsbijdrage bedraagt 8,13% (5,42% werkgeversbijdrage en 2,71% werknemersbijdrage).
Het betreft de volgende voorwaarden:
- de student is tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst voor studenten;
- de gepresteerde uren als jobstudent vinden plaats buiten de periodes waarin de student verplicht aanwezig dient te zijn in de onderwijsinstelling;
- het maximaal aantal uren (oftewel contingent) studentenarbeid per jaar werd gerespecteerd.
Dit maximaal aantal uren per jaar verhoogt dus met 50 uren in vergelijking met 2024. Er zal namelijk retroactief vanaf 1 januari 2025 een contingent van 650 uren per jaar van toepassing zijn.
Zodra de nieuwe wetgeving definitief is goedgekeurd en in het Belgisch Staatsblad is gepubliceerd, zullen deze aanpassingen in werking treden.
2. Maximumbedrag om als student ten laste te blijven
Er wordt rekening gehouden met de bestaansmiddelen van een kind om te bepalen of het nog ten laste is van zijn ouder of van een ander persoon die hem opvoedt. Samen met het contingent wordt ook het maximumbedrag aan nettobestaansmiddelen waarover een kind mag beschikken opgetrokken vanaf aanslagjaar 2026 (inkomstenjaar 2025). Het verhoogde contingent heeft namelijk tot gevolg dat het maximumbedrag om nog fiscaal ten laste te zijn sneller bereikt zal worden.
Het maximumbedrag voor aanslagjaar 2026 (inkomstenjaar 2025) bedraagt € 7.520 netto ongeacht de gezinssituatie. Deze verhoging geldt algemeen, en dus niet enkel voor studentenarbeid. Ook gewone werknemers die nog bij hun ouders wonen, zouden in bepaalde situaties ten laste kunnen blijven van hun ouders.
Bron: Wetsvoorstel van 21 februari 2025 strekkende tot het verlengen van de 650-urengrens voor studentenarbeid, DOC 56 0443/010.
Besox, Sociaal Secretariaat – Verzekeringen – Finance
Zelf een loonkost per uur/maand/jaar berekenen? Dat kan gratis via onze tool : loonkost.besox.be