Publicatie wetgeving maatregelen om druk op de zorgsector te verlichten
Op 30 november 2022 werd het maatregelenpakket dat moet toelaten om de druk op de zorg te verlichten door extra handen naar de zorg te leiden, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.
1. Voor welke werkgevers gelden deze maatregelen?
Werkgevers uit de zorgsector zijn de private en openbare diensten en organisaties voor zorg, opvang en bijstand voor personen, voor oudere personen, voor minderjarigen, voor mindervalide personen en voor kwetsbare personen, met inbegrip van slachtoffers van intra-familiaal geweld.
1.1 Voor de private sector behoren de werkgevers uit de zorgsector tot de volgende paritaire comités:
- PC 318 voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp;
- PC 319 voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en –diensten;
- PC 330 voor de gezondheidsinrichtingen en –diensten;
- PC 331 voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector;
- PC 332 voor de Franstalige en Duitstalige welzijns- en gezondheidssector;
- PC 322 voor de uitzendsector, voor zover de uitzendkracht wordt tewerkgesteld bij een gebruiker die ressorteert onder één van de hierboven vermelde paritaire comités.
1.2 Voor de openbare sector zijn dit de instellingen en diensten met de volgende NACE-codes:
86101, 86102, 86103, 86104, 86109, 86210, 86901, 86903, 86904, 86905, 86906, 86909, 87101, 87109, 87201, 87202, 87203, 87204, 87205, 87209, 87301, 87302, 87303, 87304, 87309, 87901, 87902, 87909, 88101, 88102, 88103, 88104, 88109, 88911, 88912, 88919, 88991, 88992, 88993, 88994, 88996 en 88999.
Daarnaast geldt deze maatregel ook voor de private instellingen, openbare instellingen en centra die belast zijn met de contactopsporing om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken en de private en openbare instellingen of diensten die belast zijn met de exploitatie van vaccinatiecentra in het kader van de strijd tegen het coronavirus COVID-19 en dit voor alle activiteiten die verband houden met de exploitatie van een vaccinatiecentrum.
2. Tijdelijke maatregelen die het makkelijker maken om extra werkkrachten in te zetten
2.1 Gepensioneerden opnieuw aan de slag
Men wil zoveel mogelijk gepensioneerden opnieuw aan de slag laten gaan in de zorg. Zo kunnen gepensioneerden en vervroegd gepensioneerden tijdelijk hun inkomen uit de prestaties in de zorgsectoren onbeperkt combineren met hun pensioenuitkering.
Daarnaast komt daar nog een gunstig belastingregime bij om te voorkomen dat de gepensioneerden zwaarder belast zouden worden. Deze inkomsten worden namelijk afzonderlijk belast aan een tarief van 33% en worden vrijgesteld van de persoonlijke RSZ-bijdrage.
Arbeidsrechtelijk worden de regels aangepast zodat een arbeidsovereenkomst met een duur die lager is dan 1/3de van de normale wekelijkse arbeidsduur mogelijk wordt en zodat in geval van een variabel uurrooster de verwittigingstermijn van zeven dagen wordt beperkt tot drie dagen. Om deze maatregel te gebruiken zal de werkgever in overleg moeten gaan met de ondernemingsraad, het comité voor preventie en bescherming op het werk of de vakbondsafvaardiging.
2.2 Versoepeling studentenarbeid zorg 3de en 4de kwartaal
Studenten zijn vrijgesteld van gewone RSZ-bijdragen voor een contingent dat momenteel maximum 475 uur per jaar bedraagt. De uren die studenten met een studentenovereenkomst presteren tijdens het 3de en het 4de kwartaal 2022 in de zorgsector worden geneutraliseerd en zullen dus niet in aanmerking komen voor de berekening van het jaarlijks contingent van 475 uur.
Het gaat hier om de verlenging van een maatregel die ook al werd voorzien voor het eerste en tweede kwartaal van 2022. De gepresteerde uren tellen niet mee voor het berekenen van de bestaansmiddelen en hebben dus geen impact op het al dan niet fiscaal ten laste zijn.
De RSZ actualiseerde de onlineteller van de nog beschikbare uren van het contingent op www.studentatwork.be naar aanleiding van deze versoepeling.
2.3 Uitbreiding van vrijwilligerswerk
De maximale jaarlijkse onkostenvergoeding zal door de regering voor 2022 verhoogd worden naar € 3.684 voor vrijwilligers die werkzaam zijn in de zorgsector in de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022. Vrijwilligers die de maximale dagvergoeding ontvangen, kunnen zo tot 100 dagen, in plaats van 74 dagen, actief zijn in alle zorginstellingen.
2.4 Tijdelijke tewerkstelling tijdelijke werklozen en SWT’ers
Vanaf 1 september 2022 werd er een nieuw systeem voorzien om werklozen, die minstens drie maanden een uitkering hebben gehad, aan te werven met behoud van 75% van hun uitkering. De werknemer moet de uitkering aanvragen bij de RVA. Deze cumulatie van uitkering en werk is mogelijk gedurende maximaal drie maanden.
Voor SWT’ers is het ook mogelijk om het werk bij de ex-werkgever of een andere werkgever uit de zorgsector te hervatten. 75% van de werkloosheidsuitkering wordt behouden. Indien het werk hernomen wordt bij de werkgever die de aanvullende vergoeding verschuldigd is, wordt de aanvullende vergoeding niet behouden als loon waarop sociale bijdragen verschuldigd zijn.
2.5 Tijdelijke onderbreking van tijdskrediet en thematische verlof
Werknemers kunnen in overleg met hun werkgever de loopbaanonderbreking of vermindering tijdelijk schorsen en opnieuw hun werk hervatten met behoud van 75 % van hun onderbrekingsuitkering.
Het is ook mogelijk om werknemers met een lopende loopbaanonderbreking of tijdskrediet bij een andere werkgever aan te werven. Zij behouden eveneens 75% van de uitkering. De schriftelijke arbeidsovereenkomst moet daarvoor 31 december 2022 als uiterlijke einddatum vermelden en de werknemer moet de RVA hiervan schriftelijk op de hoogte brengen.
Bron: Wet van 20 november 2022 houdende maatregelen aangaande de personeelsschaarste in de zorgsector (1), BS 30 november 2022 en Koninklijk besluit van 27 november 2022 tot wijziging van de bijlage III van het KB/WIB 92 op het stuk van de bezoldigingen voor studentenarbeid gepresteerd in de zorgsector in het derde en vierde kwartaal van 2022, BS 2 december 2022.